C C C C [Verse 1] C G Hé, kleine meid op je kinderfiets Fm C G de zon draait steeds met je mee. C G Hé, kleine meid op je kinderfiets Fm C de zomer glijdt langs je heen. Em Am Em Met je haar in de wind en de zon op je wangen Bm Am Em G rij je me zomaar voorbij. Fiets. [Verse 2] C G Hé, kleine meid op je kinderfiets, Fm C G je lacht en je zwaait naar een zwaan C G en de vijver weerspiegelt je witte jurk Fm C en het riet fluistert je naam Em Am Em en het zonlicht speelt in de draaiende wielen; Bm Am Em G schitterend strooi je met licht. Fiets. [Verse 3] C G Hé, lieve meid op je kleine fiets Fm C G als een witte stip in het groen C G slingert je blinkende kinderfiets Fm C zich dwars door het zomerseizoen Em Bm Am Em en je rijdt maar door en je fiets wordt steeds kleiner. Bm Am Em Plotseling ben je weer weg. Fiets.